De uitdaging voor de opgraving van vijf weken is tweeledig. We willen de twee grote blokken beneden (A site) gereed maken voor transport en we willen onderzoeken of het bonebed nog verder loopt. Van boven (de B site) moeten de grenzen van het bottenveld verkend worden.
Mijn persoonlijke uitdagingen ligt in eerste instantie bij de A site en bij het runnen van het kamp.
De twee grote blokken moeten uiteindelijk worden verscheept. We weten alleen nog niet precies hoe we daar in gaan slagen.
Het grootste blok meet drie bij vijf meter en heeft een hoogte van max 70 centimeter. Reken maar uit hoeveel dat ongeveer weegt.
Bedenk vervolgens dat de grond een zeer wisselende hardheid heeft en verzadigd is met triceratops botten waarvan de bewaring gemiddeld uitmuntend is. Bovendien vormen ze het slotonderdeel van het grootste bonebed van triceratops dat ooit gevonden is.
Het mag misschien niet zo sexy zijn als een T-rex, maar het wetenschappelijke belang is even groot, zo niet groter.
Heel veel reden dus om zorgvuldig te werk te gaan.
Oeps, en dan vergeet ik bijna nog de vondstregistratie en het geologische onderzoek. Dat mag bij beide sites niet ontbreken. Daarvoor is het geologisch team. Dit team van drie man (1 geoloog en twee archeologen) registreren in 3D bijna alles wat er van onze botten en de aardlagen waar ze in liggen te registreren valt. Hier gaan we ontzettend veel van leren.